Oude man terug in de tijd

Gisteren voelde het even alsof ik in een tijdmachine terug in de tijd ging. Als zelfstandige ingehuurde medewerker ging ik op een flexplek zitten tegenover twee oude ervaren rotten in mijn vak, de assessmentpsychologie. Met de snelheid van het licht ging ik terug in de tijd, nadat ik de opmerking had geplaatst had: “ik ga tegenover jullie zitten, want dan voel ik me weer jong”. Met deze opmerking drukte ik de knop in waarmee ik mij weer die junior voelde die ik 20 jaar geleden was. Vakkundig werd mij de loef afgestoken, werd ik met humor uitgemaakt voor prutser, verbaasden zij zich hardop dat ik ooit in dit vak terecht ben gekomen en werd mijn aftakelende lichaam beschreven en deelden ze een observatie over een toch wel behoorlijke uitdunnende haardos. Er werd mij met een knipoog gevraagd of ik mij wel goed genoeg had voorbereid, daarna toonden ze en passant medelijden met mijn partner die het toch maar heel zwaar moest hebben. Later die dag, bij serieuze vragen en collegiaal overleg werden ze opvallend serieus en gingen ze oprecht en betrokken helpen en meedenken. Dit duurde echter nooit lang.

Doodserieus

Terug in de huidige tijd besefte ik dat het heel lang geleden was dat ik dit stamtafel gedrag op het werk had meegemaakt. Ik kan mij dan ook niet aan de indruk onttrekken dat er de afgelopen 10 jaren een deken van doodserieus en schijnbaar professioneel en correct gedrag over werkend Nederland is neergedaald. Toch is er mijn inziens wel een hunkering in een deel van onze samenleving naar humor en relativering, getuige het succes van een programma als “voetbal inside”, u weet wel dat programma met die gladde, die kale en die snor.

Lange tenen

Een beweging die eveneens gaande is in onze maatschappij is de groei van tenen naar enorme proporties. Deze beweging lijkt recht evenredig te groeien met de groei van sociale media. Een dergelijke ontwikkeling zorgt ervoor dat bij elke opmerking, wel of niet geslaagde poging tot humor en provocatie, virtuele wijsvingers en middelvingers de lucht in gaan, vaak gevolgd door een meningen en “hoe het hoort” diarree. Het chagrijn wint het zodoende al jaren van de relativering en het goed hebben met elkaar. Eigenwijs en autonoom gedrag wordt meer en meer de kop in gedrukt, elke opmerking, kwinkslag wordt op een goudschaaltje gewogen.

Of ben ik zelf een zuurpruim?

Maar misschien is de maatschappij niet verzuurd, maar ben ik dat. Zou goed kunnen, maar toch zie ik ook een aantal symptomen die te maken hebben met de verzuring van Nederland en het gebrek aan relativeringsvermogen en ‘lol’. Kijk maar naar de gegevens over Burn Out ook en met name bij de startende jonge medewerkers, en de toename van het slikken van anti depressiva in Nederland. De kritische lezer zal terecht opmerken dat hier ook hele andere oorzaken aan ten grondslag kunnen liggen. Ook al heeft men gelijk, dan nog steeds blijft volgens mij de beste en goedkoopste manier om burn out en depressie te voorkomen het relativeren, het lol maken en er vooral voor zorgen dat je niet alles en iedereen, en vooral jezelf niet te serieus neemt. En daarnaast natuurlijk je veiligheidsgordel om, je valhelm op, je verzekering afsluiten, verstandig eten, niet drinken, niet roken, je netjes gedragen, goed sporten in een mooi lycra pakje en heel erg je best doen om zo lang mogelijk de onvermijdelijke en de ultieme relativering zien uit te stellen. Uiteindelijk wordt namelijk iedereen horizontaal met de voeten het huis uitgedragen. Of zoals ik tegen de twee heren tegenover mij zei: jullie kunnen mij nu wel wat afzeiken, maar besef wel dat jullie al naar de schep ruiken

Arjen Bosma, register arbeid en organisatiepsycholoog